Het is tijd om minder Nederlands te worden
Als medewerker van de zendingsorganisatie European Christian Mission bevind ik me regelmatig in internationale kringen. En geloof me, daar leer je hoe anderen tegen Nederlanders aankijken.
“Wist je eigenlijk hoe jullie spoorlijnen zijn ontstaan?” vroeg een Britse collega me laatst. Ik keek hem vragend aan. “Toen twee Nederlanders vochten om een stuiver,” zei hij droog. Hij had niet helemaal ongelijk. Wij, Nederlanders, staan niet bekend om onze royale vrijgevigheid. Iets meer honger in Afrika is allang geen probleem meer. Ik herinner me nog dat ik als voorganger in mijn vorige gemeente soms leden moest overhalen om maandelijks iets bij te dragen vanuit hun dubbele inkomen.
John Wesley, de Britse opwekkingsprediker uit de 18e eeuw, begreep het principe van overvloed veel beter. In zijn eerste jaar verdiende hij dertig pond, waarvan hij er twee kon missen. Het jaar erop verdubbelde zijn inkomen — maar zijn uitgaven bleven gelijk. De rest gaf hij weg. Uiteindelijk verdiende hij 1400 pond per jaar en leefde nog steeds van dertig. Zijn motto was eenvoudig: Verdien zoveel mogelijk, bespaar zoveel mogelijk, geef zoveel mogelijk.
De eerste twee lukt ons Nederlanders vaak prima. Maar dat laatste? Dat vinden we spannend.Toch ben ik, ondanks mijn Hollandse wortels, ook burger van een ander Koninkrijk. En in dat Koninkrijk is delen niet uitzonderlijk, maar normaal. De cultuur van de hemel is er een van overvloed.
De royaalste mens ooit
Als iemand royaal was, dan was het Jezus. Niet per se in geld, maar in alles wat Hij was en deed. Hij gaf Zijn hemelse rijkdom op om tussen ons te wonen. Hij werd arm, zodat wij geestelijke overvloed zouden ervaren. Hij droeg onze zonde, zodat wij vrij konden zijn. Hij werd verwond, zodat wij genezing zouden vinden. Jezus gaf nooit zuinig. Hij mat niet af op de gram. Hij gaf overvloedig.Hij zegt het zelf in Johannes 10:10
“De dief komt om te stelen, te slachten en te vernietigen; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben, en overvloed hebben.” Dat woord overvloed — in het Grieks perisson — betekent: méér dan je zou verwachten. Jezus kwam niet om ons nét genoeg te geven om de dag door te komen. Hij kwam om ons een leven te geven dat overstroomt.
Wat overvloed echt is
We denken bij “leven in overvloed” al snel aan wat aardse luxe: een gloednieuwe camper, een strandhuisje bij Egmond aan Zee, of misschien die Harley Davidson die al jaren op het verlanglijstje staat. Maar dat is niet het soort overvloed dat Jezus bedoelt. De Bijbel maakt duidelijk dat status, macht en weelde niet Gods prioriteit zijn voor zijn schaapjes. Het echte overvloedige leven is het eeuwige leven. En dat begint niet pas als we sterven, maar op het moment dat we Jezus aannemen. In Johannes 17:3 definieert Jezus het zelf: “Dit is het eeuwige leven: dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, die U gezonden hebt.” Echt leven in overvloed is dus: God kennen. Het is niet de lengte van je dagen, de hoeveelheid schaapjes op het droge, maar de diepte van je relatie met de Levende God.
Het ontbreekt mij aan niets
David sprak die heerlijke woorden. “De Heer is mijn Herder, het ontbreekt mij aan niets.” Kun jij dat beamen, dat het je ontbreekt aan niets? Dat je echt tevreden bent, los van wat een ander heeft of bereikt? David kon dat, zelfs na alles wat hij had meegemaakt: het verlies van zijn kind, verraad door zijn zoon, vluchten voor zijn leven. Toch zegt hij: Het ontbreekt mij aan niets. Niet omdat hij geen problemen kende, maar omdat hij wist dat Gods zorg altijd genoeg was. De kwaliteit van Zijn Herderschap bleek uitmuntend.
Een herder in Davids tijd stond vroeg op om zijn kudde te controleren. Was er een aanval geweest? Was er een schaap ziek? De herderlijke zorg ging 24/7 door. Men zegt wel dat herders met één oog en twee oren open slapen. Als aardse herders dat al doen, hoeveel te meer onze Hemelse Herder? En toch — sommige schapen blijven ontevreden. Ze denken dat het gras elders groener is. Er is er altijd wel eentje in de kudde die langs het hek schuurt, op zoek naar dat ene kiertje waardoor hij kan ontsnappen. Ik las eens het verhaal van een Afrikaanse schaapsherder die zo’n onrustig dier beschreef. Altijd ontevreden, altijd op zoek naar meer. Uiteindelijk trok het ook andere schapen mee de verkeerde kant op en moest de herder besluiten het beest uit zijn eigen en andermans lijden te verlossen. Zo kunnen wij ook zijn. Altijd net niet tevreden, altijd op zoek naar iets beters. We moeten dit beseffen: De echte overvloed ligt juist in het blijven bij de Herder, niet achter de omheining.
Minder Nederlands, meer Koninkrijk
Als we weten dat het overvloedige leven bestaat uit het kennen van Hem — hoe maken we dat zichtbaar in ons eigen leven? Hoe kunnen wij doen als Jezus? Misschien begint het hiermee: we moeten iets minder Nederlands worden, en iets meer hemels. Ik gaf ooit een paar lessen Missiologie in een grijze Oost-Duitse betonwijk in Schwerin. Een groep Nederlandse bijbelschoolstudenten was mijn hooggeëerd publiek. Op dag één mopperden ze driestemmig omdat ze hun eigen tramkaartje van €1,50 moesten betalen. Vijf dagen later, geraakt door de verhalen van zendelingen, haalden ze bijna duizend euro op voor het lokale zendingsteam. Overvloedig. Perisson.
Toen ik dit later vertelde op een conferentie van European Christian Mission en besloot met de zin: “En jullie weten: als Nederlanders zóveel geld geven, dan moet de Heer wel een wonder hebben gedaan”, barstte de zaal in lachen uit. Maar het is waar. Vrijgevigheid is een wonder onder Nederlanders.
Overvloed als levensstijl
Doen als Jezus betekent: geven van je overvloed. En dat gaat veel verder dan geld. Kijk deze week eens eerlijk naar wat jij hebt.
- Misschien is het geen dikke bankrekening, maar wel tijd.
- Misschien heb je geen tweede huis, maar wel een lege kamer.
- Misschien heb je geen groot netwerk, maar wel een groot hart.
Wie kun jij bezoeken? Wie kun jij in je hart sluiten? Welk pleegkind mag tijdelijk jouw warme kamer bewonen? Zou het niet fantastisch zijn als iets van de overvloedige vrijgevigheid van de Goede Herder zichtbaar wordt in jouw en mijn leven? Je zult gaan zien dat Jezus al die tijd gelijk heeft gehad toen Hij zei: 'Het is beter te geven dan te ontvangen.'
Steun ECM Nederland vandaag nog met een prachtige eindejaarsgift. Alvast dank!